Collages van Jos Deenen
Een foto zegt meer dan duizend woorden.
Wie de fotocollages van Jos Deenen aanschouwt, zal dat getal aan de krappe kant vinden. Zijn werken over het Oranjehuis, fascisme, religie, de waan van de dag en economische en maatschappelijke misstanden, hebben grote zeggingskracht en staan garant voor het opwekken van emoties. Dat heeft hij gemeen met John Heartfield, die in de jaren twintig en dertig met zijn maatschappijkritische foto-montages velen enthousiast maakte.
Heartfields collages kwamen echter niet zomaar uit de lucht vallen. Het was Pablo Picasso die reeds in zijn kubistische periode de politieke collage in de moderne kunst introduceerde. Voor zijn collage La bouteille de Suze uit 1912, knipte Picasso verschillende teksten uit de krant die handelden over sociale opstanden en de verschrikkingen van de Eerste Balkanoorlog. Na de Eerste Wereldoorlog kwam de door de Franse kubisten ontwikkelde collage voor de Duitse Dadaïsten dan ook als een geschenk uit de hemel. Vooral nadat Adolf Hitler aan de macht was gekomen ging Heartfield, net als Deenen typograaf van huis uit, vol op het orgel. Voor de Arbeiter Illustrierte Zeitung ontwierp hij tientallen titelpagina´s waarmee hij, met gevaar voor eigen leven, de fascisten, hun protegés en propagandapers te lijf ging.
In Nederland is de monarchie, met hun historische band met het fascisme, ook een heikel onderwerp. Er lijkt een stilzwijgende overeenkomst te bestaan om het koningshuis uitsluitend positief te benaderen.
Kranten, radio en televisie berichten zelden of nooit op een zakelijke manier over de familie van Oranje. Alles wordt breed en zeer welwillend uitgemeten; zelfs de meest banale onbenulligheden van de Royals krijgen we als iets bijzonders gepresenteerd. Van een normale, nuchtere berichtgeving is geen sprake.
Toen koningin Beatrix haar troonsafstand aankondigde, transformeerde Nederland voor een paar dagen in het equivalent van Noord-Korea. De media juichten eensgezind over haar fenomenale prestaties, en hoe je ook zocht naar een kritische noot: die was er niet. Haar werkkracht, haar dossierkennis, haar inlevingsvermogen en haar inzichten; niemand zou dat ooit kunnen overtreffen. Als dictator Kim Jong-un van Noord-Korea bij ‘verkiezingen’ 99 procent van de stemmen achter zich krijgt, zeggen we dat hij de uitslag gemanipuleerd heeft. Als wij in koor unisono Beatrix bejubelen, vinden we dat heel normaal.
Een discussie over de monarchie is nauwelijks mogelijk. Daarom is het werk van Deenen zo verfrissend. Hij dwingt je na te denken, wat een heilzame uitwerking kan hebben. Collages geven per definitie een gemanipuleerde realiteit weer, maar de sprookjes die ons over de zegeningen van de monarchie worden aangesmeerd, hebben helemaal niets te maken met welke realiteit dan ook.
In tegenstelling tot de media drukt Deenen ons met de neus op de feiten. Hij is de boze wolf die het sprookje van het koningshuis verscheurt. Zijn concept is tamelijk eenvoudig: hij is direct en hij noemt de dingen bij hun naam.
De media kleuren hun berichtgeving over de monarchie graag oranje. Een goed voorbeeld is het interview dat Wilfried de Jong koning Willem-Alexander afnam ter gelegenheid van diens vijftigste verjaardag.
De Jong kreeg allerwegen lof toegezwaaid voor zijn vraaggesprek, dat inderdaad een spontane indruk maakte, maar dat tot in detail was geregisseerd. Beide heren speelden hun rol echter met verve, zodat de would be spontaniteit van het scherm afspatte. Maar in werkelijkheid was er niets aan het toeval overgelaten. De RVD is daar heel bedreven in.
De kijkers waren ontroerd dat de koning verdriet had gehad over het tragisch overlijden van zijn broer Friso. Het zou raar zijn geweest als dat niet zo was, maar alles wat de koning zegt en doet (of juist nalaat) is nu eenmaal bijzonder. Héél bijzonder zelfs.
Nederland kreeg het gevoel eindelijk de mens achter de koning te hebben ontdekt. Onzin natuurlijk. Wij, zijn onderdanen, mogen helemaal niets weten over zijn manier van regeren of hoe hij überhaupt over staatszaken en politiek denkt. De koning staat boven de partijen – zo wordt ons voorgehouden – en alles wat hij met zijn ministers overlegt, is staatsgeheim. Dat heet de ‘eenheid van de Kroon’. De koning mag natuurlijk wel zeggen dat hij van sport houdt. Dat is ongevaarlijk en het kan zijn status niet aantasten. Maar bekennen dat hij bijvoorbeeld geen spruitjes lust, zal hem worden afgeraden omdat zoiets slecht zou kunnen vallen bij de tuinbouwbranche. Alles kan gevoelig zijn zodra het de koning of zijn familie raakt. Zelfs spruitjes.
In Nederland weigeren we te erkennen dat de monarchale staatsvorm een verschijnsel uit de grijze oudheid is dat hoognodig aan vervanging toe is. Maar zolang ruim 65 procent van de bevolking al zwijmelt bij de gedachte aan het koningspaar, blijft een meer reële benadering van ons staatsbestel een utopie. Het blijft vechten tegen de bierkaai. Laten we hopen dat de strijd van Deenen om onze ogen te openen mettertijd zijn vruchten zal afwerpen.
LuckyTV heeft laten zien dat een satirische aanpak van het koningschap niet werkt. Het miniprogramma, dat als onderdeel van een talkshow op tv wordt uitgezonden, neemt geregeld Willem-Alexander (‘Willy’) en zijn vrouw Máxima (‘Máx’) op de korrel. Willy praat plat Haags en Máx heeft een gierende lach en een accent dat haar afkomst uit een exotisch buitenland verraadt. LuckyTV spaart het koningspaar niet, maar het effect is precies tegenovergesteld van wat je zou verwachten. Het programma manoeuvreert het stel in de positie van koninklijke underdogs en dat levert hen veel sympathie op.
Zo moet het dus niet en zo pakt Deenen het ook niet aan. Hij beseft dat je moet schokken en treiteren. Dat hij de oranje-adepten zonder omwegen duidelijk moet maken wat voor vlees er in hun koningskuip zit. De kunstenaar herinnert ons eraan dat de vader van Máxima deel uitmaakte van het moorddadige regime van George Videla. Vader Zorreguieta had met prins Bernhard gemeen dat ze beiden glashard logen over hun verleden. De prins over zijn tijd als nazi, terwijl Zorreguita altijd heeft volgehouden dat hij nooit iets heeft geweten van de tienduizenden moorden die de regering Videla op haar geweten had. Máxima geloofde de leugen van haar vader.
Prins Bernhard is voor mensen die de monarchie aan de kaak stellen een geschenk uit de hemel (waarin Deenen overigens ook niet gelooft). Als er iemand is geweest, die heeft laten zien dat hij alles wat niet kon of mocht aan zijn laars lapte, dan was dat Bernhard wel. Maar hoezeer Zijne Koninklijke Hoogheid zich ook misdroeg, zijn misstappen werden met de mantel der liefde bedekt.
Bernhard was lid van de Duitse nazipartij, maar heeft dat zijn leven lang ontkend. Typerend genoeg putte zijn grote aanhang zich uit in verontschuldigingen. Ach die arme Bernhard, partijlid, hij had waarschijnlijk geen andere keus. Het moet hem opgedrongen zijn. De historicus die het nieuws bracht, moest het ontgelden. De prins ging vrijuit.
Bernhard was gek op geld, en had tegelijkertijd een hekel aan betalen. Dat hij door en door corrupt was, weten we sinds de Lockheed-affaire. Maar Nederland haalde ook toen eendrachtig de schouders op. Wat had de prins niet allemaal voor ons land gedaan? Steevast was dat de reflexmatige reactie op de misstappen van de prins.
De waarheid is dat de prins niets noemenswaardig voor Nederland heeft gedaan, maar juist dát willen we niet horen. Wij herhalen het liefst de jubelverhalen die de prins over zichzelf heeft verzonnen en vervolgens heeft rondgestrooid. Met dank aan de pers.
Nederland heeft het graag over zijn moed, zijn dapperheid en zijn veronderstelde handelsgeest. Soms komen wat besmuikt zijn vele vrouwengeschiedenissen ter sprake. Dat daar ook wel eens een kind uit voortkwam, wordt weggewuifd. Ach ja, Bernhard was een beetje ondeugend. OK, hij was een schuinsmarcheerder en hij ging wel eens vreemd. Maar welke man droomt daar niet van? Stiekem? Wees nou eerlijk!
Jos Deenen gebruikt prins Bernhard om te laten zien was er mis is met de monarchie. Hij doet dat vlijmscherp, maar ook met gevoel voor humor; zonder echter ooit zijn doel uit het oog te verliezen. Vers bloed voor Oranje gaat niet zachtzinnig om met de leden van het koningshuis. Om bijvoorbeeld te benadrukken dat koninklijke moedermelk niet anders is dan die van gewone vrouwen, transformeert de kunstenaar de borsten van Beatrix, dus van Hare Koninklijke Hoogheid zelve, in een stel enorme uiers, die hij vervolgens weinig flatteus over haar te dikke buik drapeert. Juist die groteske overdrijving laat zien dat de koningin ook maar een mens is.
Prins Bernhard is in Deenens werk vrijwel altijd getooid met een swastika. Het hakenkruis van de nazi’s heeft bij de prins ook een symbolische functie. Hij staat namelijk voor de levenslange leugen van Bernhard dat hij nooit iets met het nazisme te maken had gehad.
Aan het verse bloed dat de Oranjes de laatste eeuw binnenhaalden, het liefst uit het buitenland, zat altijd een luchtje. Prins Hendrik was een notoire hoerenloper, Bernhard was corrupt en loog tegen de klippen op, Claus viel mee op basis wat we tot dusver van hem weten, en Máxima is de dochter van een vader die medeverantwoordelijk was voor tienduizenden politieke moorden. Dat mogen we haar vanzelfsprekend niet aanrekenen. Wél dat ze haar vader op zijn woord heeft geloofd.
Als men met Deenen over diens politiek geëngageerd werk in discussie gaat refereert hij graag aan een werk uit 1926 van Heartfields kompaan George Grosz: Die Stützen der Gesellschaft. In deze collageachtige compositie, die veel overeenkomsten vertoont met De Kruisdraging van Jheronimus Bosch, worden die zogenaamde steunen van de maatschappij weinig flatteus afgebeeld: de politicus, de militair, de clericus, de kapitalist en de journalist. Dit werd George Grosz niet bepaald in dank afgenomen. In 1918 was hij al eens wegens smaad en laster jegens der Reichswehr en blasfemie voor het gerecht gesleept. Tijdens de behandeling van die rechtszaak ontspon er zich een aardige dialoog tussen de voorzitter van de rechtbank, mijnheer Ohnesorge -what’s in a name- en George Grosz.
Een eeuw na dato is deze discussie over vrijheid van meningsuiting nog lang niet verzuurd:
Ohnesorge: “Bent U, mijnheer Grosz, achteraf nooit op het idee gekomen, dat de openbare zedelijkheid niet verstoord mag worden en niet vestoord zal worden, ook niet door kunstenaars?”
Grosz: “Alleen al door de tentoonstelling, van de meest verschrikkelijke dingen uit mijn werken, waarvan men kan aannemen dat een deel van de bevolking zich er aan stoort, wordt er naar mijn mening een grote opvoedkundige prestatie geleverd (…) Bij het ontwerpen van deze dingen hou ik me niet bezig met wetten, maar werk ik vanuit de tijd en mijn eigen artistieke ik – waarbij ik de nadruk niet eens op ‘kunstenaar’ wil leggen, maar op mijn gevoelsindrukken, die mij misschien wel meer bedrukken dan andere mensen. En dan vraag ik mezelf niet af of ik iemand beledig, ik ervaar het als mijn persoonlijke missie…”
In 1994, een jaar vóórdat het door Bernhard verzwegen lidmaatschap van de NSDAP voorpaginanieuws werd, belandde Jos Deenen zelf in de cel. Hij was op het station in Venlo door de politie opgepakt omdat hij met hakenkruisvlaggen gelardeerde flyers uitdeelde met als titel: Was Prins Bernhard een SS-er? “Opruiende linkse propaganda…”,werd hem te kennen gegeven.
Jos Deenen, De geboorte van een universele déjá ervaring, 416 pagina’s, prijs € 35. Verkrijgbaar bij Grafisch Atelier de Franse Rebubliek, Parkstraat 33, Venlo of via josdeenen@home.nl
Tentoonstelling van zijn nieuwste werk: 7-28 maart in De Maaspoort, Oude Markt 30, Venlo.
Dit artikel verscheen ook in Argus van 3 maart 2020