Berichten

‘De leugen regeert’, betoogde koningin Beatrix in 1999. Nee, ze doelde niet op haar eigen familie maar op de pers. Nu is gebleken dat haar vader, prins Bernhard, de kampioen leugenaar is.

In het nieuwe boek van Flip Maarschalkerweerd, De achterblijvers, meldt de voormalig directeur van het Koninklijk Huisarchief de vondst van Bernhards NSDAP-lidmaatschapskaart. Groot nieuws? Nou nee. Al in 1996 publiceerden Coen Hilbrink en ik uitgebreid over dat lidmaatschap in De Affaire-Sanders. Het boek veroorzaakte een enorme rel. Prins Bernhard ontkende bij hoog en laag ooit lid te zijn geweest en spande toenmalig minister-president Wim Kok voor zijn karretje om publicatie te verhinderen. Ook zette hij regelmatig de directeur van het RIOD, waar ik werkte, telefonisch onder druk en dreigde zelfs met gerechtelijke stappen. Het bestuur van het instituut, met daarin onder andere historicus Prof. Jan Bank en Piet Steenkamp, ‘vader van het CDA’ bleken zeer gevoelig voor de prinselijke pressie.

Het nieuws over Bernhards naziverleden lekte voortijdig uit naar Het Parool. Het bestuur verklaarde daarop in de pers dat het boek niet deugde. Er was veel meer onderzoek vereist. Dat ‘aanvullend onderzoek’ leverde een jaar vertraging op. Toch waren de bewijzen glashard. Ik had de contributiekaart van de prins gevonden. De lidmaatschapskaart zelf ontbrak, maar is nu dus in het archief van Bernhard aangetroffen. Op die contributiekaart staan alle gegevens van de prins vermeld. De archiefmap bevatte nog ruim 30 stukken over Bernhards lidmaatschap waaronder een dringend verzoek van de Nederlandse aan de Amerikaanse regering Bernhards naam niet vrij te geven. Er waren ook notities van het NSDAP-bestuur over achterstallige betalingen. De prins is altijd een wanbetaler gebleven; die eigenschap zat er toen al in.

In de pers zijn we door het gedweeë NIOD-bestuur en de trouwe aanhang van de prins zwart gemaakt en vaak weggezet als halve zolen. Schande! was het. De betekenis van Bernhard voor Nederland zou nauwelijks te overschatten zijn. De uiteindelijke lijst met fundamentele ‘kritiek’ paste op één A-viertje. Twee voorbeelden: ‘eenmansguerilla’ moest ‘vete’ worden en ‘heel lang niet’ moest vervangen worden door ‘nooit’. De suggestie om bij noot 232 de naam van de notulist te vermelden ‘(waarschijn­lijk Mr. van Nynatten)’ hebben we gehonoreerd.

Het kostte niet meer dan vijf minuten om de ‘tekortkomingen’ recht te zetten. Maar het gevolg van de hetze was wel dat onze naam als onderzoekers was bezoedeld. De positie van Bernhard was het belangrijkst. Feiten deden er niet toe.

In zijn laatste interview bezwoer Bernhard ‘met de hand op de Bijbel’ nooit lid te zijn geweest van de nazipartij. Hij belde mij zelfs vanaf zijn sterfbed dat ik het fout had gehad.

En toen kwam Maarschalkerweerd met zijn vondst. Bernhard bleek tot zijn laatste snik te hebben gelogen. Het Prins Bernhard Cultuurfonds denkt zelfs na over een naamsverandering en enkele politieke partijen eisen onderzoek naar Bernhards oorlogsverleden.

De reputatie van prins Bernhard ligt aan diggelen. De vraag rijst nu wat er waar is van al zijn andere omstreden beweringen en uitspraken. Zijn die ook niet allemaal gefantaseerd of gelogen? Bernhard heeft zichzelf postuum voor paal gezet.

Dit artikel verscheen eerder in Argus, 11 okober 2023